Multiple Sclerose (MS)
Multiple Sclerose, ook wel MS genoemd, is een ziekte waarbij er ontstekingen ontstaan in de hersenen en het ruggenmerg. Deze ontstekingen worden niet veroorzaakt door bacteriën of virussen, maar door het eigen afweersysteem van het lichaam. Het is nog niet duidelijk waarom het afweersysteem het zenuwstelsel aanvalt. De manier waarop dit bij MS gebeurt lijkt ook tussen patiënten te verschillen. Het woord ’sclerose’ slaat op het littekenweefsel dat tijdens de ziekte ontstaat, op meerdere (’multiple’) plekken in het zenuwstelsel.
De plaats in het zenuwstelsel waar de ontstekingsreactie zit, bepaalt welke klachten er ontstaan. Als de ontsteking in een gebied zit met functies die in het dagelijks leven van belang zijn, kan er uitval van die functies ontstaan. Zo’n MS-aanval wordt ook ’schub’ genoemd. Deze ontstekingsreacties worden in beeld gebracht met een MRI-scan van de hersenen en/of het ruggenmerg.
Vormen van MS
De meest voorkomende variant is relapsing remitting MS (RRMS). Daarbij worden periodes met uitval van functies afgewisseld met periodes waarin er geen klachten zijn. Deze vorm komt treft vaker jonge volwassenen en het komt meer voor bij vrouwen dan bij mannen.
Een andere vorm van MS is primair progressieve MS (PPMS). Hierbij worden de klachten langzaamaan erger, zonder duidelijke periodes van herstel. De klachten bestaan bij deze vorm vaak uit slechter lopen en problemen met het plassen en de ontlasting. Deze variant komt vaker voor op middelbare leeftijd en treft mannen vaker dan RRMS.
Bij een groot deel van de patiënten met RRMS gaat de ziekte uiteindelijk over naar de variant waarbij klachten langzaam erger worden. Dit wordt Secundair Progressieve MS genoemd.
MS is een grillige ziekte die bij iedere patiënt anders is en sterk kan wisselen. Multiple sclerose (MS) vaststellen is moeilijk. Het kan soms lang duren voordat de diagnose definitief is. De diagnose kan pas gesteld worden als er op verschillende tijdstippen (met tussenpozen van meer dan één maand) en op meerdere plaatsen in de hersenen en het ruggenmerg aantasting is vastgesteld.
Diagnose
We spreken over RRMS als aan de "buitenkant" op verschillende plaatsen op twee verschillende tijdstippen in het zenuwstelsel uitval gevonden wordt. Bijvoorbeeld als u een oogzenuwontsteking heeft en enkele maanden later minder kracht en gevoel in uw linker lichaamshelft.
De ziekte kan ook aan de "binnenkant" vastgesteld worden door het maken van een MRI-scan van de hersenen en/of het ruggenmerg. Er is sprake van MS als er op meerdere plekken in het zenuwstelsel afwijkingen gevonden worden en die afwijkingen toenemen.
Vaak wordt de diagnose gesteld met behulp van zowel de buitenkant als de binnenkant. Is er bijvoorbeeld maar één keer uitval geweest aan de buitenkant, maar laat een MRI-scan enkele maanden daarna wel toename van ziekte zien? Ook dan kan de diagnose gesteld worden. Soms wordt er nog een ruggenprik gedaan. Dit is vooral om uit te sluiten dat er geen andere oorzaken zijn die de klachten veroorzaken (zoals een virusinfectie).
We spreken van PPMS als er aan de buitenkant langer dan een jaar toenemende klachten zijn met bijpassende afwijkingen op de MRI-scan van hersenen en ruggenmerg.
Behandeling
Multiple sclerose (MS) kan nog niet genezen worden, maar er zijn wel behandelmogelijkheden.
Bestrijden van de ontstekingsactiviteit
De bestrijding van ontstekingsactiviteit kan opgedeeld worden in:
- Behandeling wanneer er een aanval (of ’schub’) is
- Het voorkomen van nieuwe aanvallen
De keuze voor deze behandelingen maakt de neuroloog in overleg met u. U wordt vooraf uitgebreid geïnformeerd over de voor- en nadelen van de verschillende medicijnen.
De behandeling bij een aanval bestaat over het algemeen uit een driedaagse kuur via het infuus met een medicijn. Deze heeft een sterke ontstekingsremmende werking. Het medicijn beïnvloedt niet de mate van herstel van een uitval, maar zorgt er wel voor dat de klachten sneller verdwijnen.
Voor het voorkomen van aanvallen of schubs zijn verschillende medicijnen mogelijk. Er wordt veel onderzoek gedaan naar nieuwe medicijnen. Op dit moment wordt er gebruik gemaakt van eerstelijns- en tweedelijnsmedicatie tegen MS. In de regel werken de tweedelijnsmedicijnen krachtiger, maar hebben ze meer risicovolle bijwerkingen. Daarom wordt er in eerste instantie behandeld met eerstelijnsmedicatie.
De medicijnen verminderen de aanvallen met ongeveer 35 tot 50%. Welke van de twee groepen medicatie het beste werkt voor uw specifieke situatie is nog niet te voorspellen. Soms wordt er om die reden of vanwege bijwerkingen omgeschakeld van de ene naar de andere groep. De medicijnen worden toegediend met een injectie onder de huid of in de spier of met een tablet.
Voor PPMS, de progressieve vorm van MS, is tot nu toe alleen behandeling mogelijk als er op de MRI-scan actieve MS-plekjes te zien zijn. Anders is alleen bestrijding van de symptomen mogelijk en zijn er nog geen andere medicijnen die deze vorm van de ziekte remmen.
Bestrijden van symptomen
MS kan veel klachten met zich meebrengen, bijvoorbeeld spierspasmen, plasklachten, loopproblemen en vermoeidheid. Er zijn verschillende mogelijkheden om de symptomen te bestrijden. Enerzijds kunnen medicijnen helpen. Anderzijds roepen we soms de hulp in van andere professionals, zoals de revalidatiearts, de fysiotherapeut en de uroloog.
Renata Gierkink ((BIG 39004010630) is verpleegkundig specialist Neurologie in ons ziekenhuis. Over MS zegt ze "laat je leven niet leiden door MS, maar leid je leven mét MS." Lees het verhaal van Renata over leven met MS.