“Ziekenhuis, daar wil ik naartoe!”
Dankzij focustaal is Tycho niet meer bang voor bloed afnemen
Gepubliceerd op: 08 oktober 2021Tycho (15 jaar) moet minimaal één keer per jaar naar het SKB voor bijvoorbeeld een algehele controle of een onderzoek voor de ogen of oren. Ook moet hij wel eens bloedprikken, in focustaal: bloed afnemen. Dat was iets waar Tycho altijd heel angstig voor was. “Hij ging schreeuwen, krijsen, schoppen en slaan”, vertelt zijn moeder Petra. Het ziekenhuis, daar kwam Tycho dus liever niet. Petra vertelt hoe haar zoon Tycho nu, dankzij focustaal, met plezier naar het ziekenhuis gaat.
Een ziekenhuisbezoek kan erg spannend zijn, vooral voor kinderen. Bijvoorbeeld Tycho. Hij is 15 jaar, maar heeft de ontwikkelingsleeftijd van 2 jaar. Met name bloed afnemen vond hij heel vervelend. “Bloed afnemen ging gewoon niet. Hij zou hiervoor zelfs onder narcose moeten of een roesje krijgen. Er moesten vier medewerkers bij komen om hem vast te houden, omdat hij ging schreeuwen, krijsen, schoppen en slaan. Als moeder zet je dan je emotie opzij en denk je: ‘het moet even gebeuren’, maar eigenlijk is het niet normaal”, vertelt Petra. Ook Saskia van Daalen (kinderarts) en Sara te Brinke (medisch pedagogisch zorgverlener) vonden dat het anders kon. Zij nodigden Tycho, samen met zijn moeder, uit op de kinderafdeling en gingen aan de slag met o.a. focustaal.
Appelsap en een broodje met worst
Tycho mocht op de kinderafdeling komen om kennis te maken. Samen met zijn speelgoedgansjes, want die neemt hij altijd mee naar het ziekenhuis. “Hij wilde graag appelsap, in bed liggen en naar de diertjes kijken. Dit hebben we samen met Saskia en Sara gedaan. Na de kennismaking zijn we nog een paar keer vaker geweest. Telkens hielden ze dezelfde volgorde aan: appelsap, in bed liggen, naar de diertjes kijken en naar huis. Na 2 of 3 ziekenhuisbezoeken moest Tycho wél bloed afnemen. Inmiddels lag de focus niet meer op het bloed afnemen, maar op de appelsap, in bed liggen en de diertjes. En dat is précies waar het om draait bij focustaal: afleiding, oftewel de focus op het positieve leggen. Tijdens het bloed afnemen doet hij bijvoorbeeld ook een spelletje op de iPad en krijgt hij na die tijd een boterham met worst als beloning. Ook daar kijkt hij nu naar uit als we weer naar het ziekenhuis moeten”, zegt Petra.
Taal en afleiding helpen in stresssituaties
Bij focustaal is niet alleen afleiding belangrijk, maar ook de woorden die gebruikt worden. Zo worden de woorden ‘spannend’ en ‘prikken’ niet gebruikt. “Ik houd ook rekening met focustaal. Eerder was dat wel anders. Dan liet ik hem bijvoorbeeld een filmpje van bloedprikken zien op Youtube, maar ik heb nu geleerd dat dan de spanning voor Tycho alleen maar verder wordt opgebouwd. Ook gebruik ik geen woorden meer als ‘het zal maar even pijn doen’ en zeg ik niet meer dat we gaan bloedprikken, maar bloed afnemen of gewoon dat we naar het ziekenhuis gaan. En het gaat niet alleen om wat je wel zegt, maar ook om wat je niet zegt.”
Kleine veranderingen met een groot resultaat
Inmiddels is naar het ziekenhuis gaan voor Tycho bijna een feestje. Wanneer hij dan ook een foto van het ziekenhuis ziet, schreeuwt hij: ‘Ziekenhuis, daar wil ik naartoe!’. “Als ik nu met Tycho naar het ziekenhuis ga, dan wil hij naar Sara, de appelsap en de boterham met worst. De nadruk ligt dus niet meer op het bloed afnemen. Het zijn eigenlijk kleine veranderingen, maar met een heel groot resultaat”, sluit Petra af.
Focustaal in het SKB
In 2018 heeft het SKB een start gemaakt met focustaal. Bij focustaal wordt de focus weggehaald van alles dat negatief is. Dit kan door middel van taal en woorden, maar ook door afleiding. “Daarbij blijven we altijd eerlijk over wat we doen. We vertellen het nu op een andere manier en zorgen voor afleiding. Vroeger, bij bijvoorbeeld het plaatsen van een infuus, zeiden we vaak: ‘we gaan zo prikken en het kan even pijn doen’. Hiermee werd de spanning alleen maar verder opgebouwd. Daarom zeggen we nu: ‘omdat je zo rustig en kalm bent, zal het plaatsen van het infuus gemakkelijker gaan’. Natuurlijk is de situatie per kind anders. Daarom kijken we naar de behoefte van het kind en zijn/haar ouders en passen we ons aan”, vertelt Marijn Waanders, orthopedagoog in het SKB. Inmiddels maken alle medewerkers op de kinderafdeling gebruik van focustaal. Ook de SEH, het lab en de OK maken kennis met de kracht van positief taalgebruik.