Snurken
Snurken wil zeggen dat u tijdens de slaap een zagend, ruisend en/of brommend geluid maakt. Dit geluid is soms zo sterk dat een partner, huisgenoten of zelfs buren er last van kunnen hebben. Wanneer u ademhaalt, stroomt er lucht door de ruimte tussen de keelwand, het zachte gehemelte en de achterkant van de tong. Als u slaapt, ontspannen de spieren in uw keel en komen de keelwand, het gehemelte en de achterkant van uw tong dicht bij elkaar. De luchtweg is dan versmald. De lucht die u in- en uitademt laat de weefsels trillen, waardoor het snurkende geluid ontstaat.
Snurken komt veel voor. Eén op de drie mensen van veertig jaar en ouder snurkt. Bij het ouder worden kan het snurken vaker en heftiger voorkomen. Mannen snurken vaker dan vrouwen. Er zijn enkele factoren die het snurken verergeren:
- Verslapte spieren van de tong en de keel. De spanning van de spieren kan verminderen door het gebruik van alcohol en bepaalde medicijnen, zoals slaapmiddelen.
- Overgewicht. Vet in het weefsel van de keelwand zorgt ervoor dat de keelholte kleiner wordt.
- Te grote neus- en keelamandelen. Dit komt vooral tijdens de kinderjaren voor.
- Een langdurige irritatie van de keel (bijvoorbeeld door roken of het omhoogkomen van zure maaginhoud). Hierdoor kunnen de slijmvliezen verdikken.
- Als het gehemelte en de huig lang en slap zijn, kunnen ze gemakkelijk gaan trillen.
- Een verstopte neus.